Uitgaan van financiële toestand consument, niet van risico voor kredietgever.
Deze richtlijnen worden opgesteld om de kredietgevers te helpen om een correcte inschatting te maken van de kredietwaardigheid van consumenten. Ze zijn erop gericht om overmatige schuldenlast tegen te gaan.
Ze moeten ook bouwen aan een aantal mechanismes om te vermijden dat consumenten in een situatie van overmatige schuldenlast belanden.
De kredietgever moet in de eerste plaats nagaan wat de impact van een krediet is voor een consument, eerder dan welke de financiële risico’s voor zichzelf zijn.
Deze richtlijnen voorzien in een aantal stappen om de kredietwaardigheid van een consument te beoordelen. Op basis daarvan moet de kredietgever een voorstel formuleren dat aangepast is aan de situatie van de consument.
Als er twijfels bestaan over de kredietwaardigheid van de consument, mag geen krediet worden toegekend.
Bron: FOD