Onder een betalingsachterstand valt elke overschrijding van contractuele of wettelijke termijnen inzake betalingen, zodat een vergetelheid, een langdurige afwezigheid van het thuisadres of het niet ontvangen van een factuur duur kan uitdraaien.
Om een onmiddellijke, bijna automatische en mogelijk onevenredige sanctie te voorkomen, is in het nieuwe Wetboek van economisch recht bepaald dat de onderneming de consument een eerste kosteloze betalingsherinnering moet sturen, waardoor een periode van veertien kalenderdagen ingaat waarin geen kosten, compensatie of interest kunnen worden gevorderd. Die herinnering wordt verplicht.
Wanneer het contract de regelmatige levering van goederen of diensten betreft, zijn alleen de herinneringen bij niet-betaling van drie vervaldata gedurende een jaar gratis. Vanaf de vierde betalingsachterstand kan het bedrijf herinneringskosten aanrekenen, maar die mogen niet meer dan 7,50 euro bedragen, verhoogd met de portokosten. Omdat het postbedrijf de post helaas niet meer dagelijks bedeelt, begint de termijn van veertien dagen pas te lopen op de derde werkdag volgend op de verzending van de herinnering.
In de tekst wordt voorts een onderscheid gemaakt tussen kmo’s en grote bedrijven. Kmo’s kunnen de nalatigheidsinteresten laten lopen vanaf het begin van de termijn van veertien dagen die de consument krijgt. Voor de grote bedrijven kan een in een schadebeding opgenomen nalatigheidsinterest pas na afloop van die termijn van veertien dagen beginnen te lopen.