Deze opinie verscheen eerder in De Tijd op 12 september 2017, blz. 12.
Tijd om het faillissement uit fluistergesprekken te halen. Het is geen doemscenario, maar een oplossing als de zaken slecht gaan, een tweede kans. Ondernemers wiens project faalt, zijn minstens een nuttige ervaring rijker. De aankomende nieuwe insolventiewet onderstreept dat meer dan ooit. Nu de perceptie nog.
Een gefaalde ondernemer wordt in de Verenigde Staten op applaus onthaald, in Europa is hij voor de rest van zijn carrière persona non grata in zakenmilieus. Het is een dooddoener, maar er zit waarheid in. In de VS bewijzen namen als Ford, Jobs en zelfs Disney dat falen een onderdeel is van de weg naar succes, een leerschool, een bewijs van doorzettingsvermogen (lees ook: Herstarten na een faillissement?). In Europa associëren we gefaalde ondernemers nog steeds met fraude en criminaliteit. Over de eventuele mislukte zijsporen van lokale zakeniconen wordt gezwegen.
Zinkend schip
Toegegeven, veel faillissementen verlopen niet helemaal netjes. Echte fraude – een moedwillige uitlokking van een faling voor zelfverrijking – is nochtans zeldzaam. Maar ondernemers nemen niet altijd de beste beslissingen wanneer hun zaak kopje onder dreigt te gaan. Ze vrezen dat hun gezin voor de schulden gaat opdraaien, willen niet inzien dat er geen toekomst meer zit in hun zaak of vrezen de reacties van de buitenwereld bij een mislukking. Vervolgens laten ze de boel aanslepen, steken ze zich dieper in de schulden of halen ze geld uit een andere zaak om het zinkend schip te redden.
Gevolg? De buitenwereld bekijkt gefailleerden scheef. Ondernemers die een faillissement hebben doorgemaakt, zo bewijzen statistieken, starten zelden een nieuwe zaak. Het besef sijpelt meer en meer door dat niemand daarbij wint. Initiatieven als Fuckup Nights proberen falen uit de taboesfeer te halen, maar het is de wetgever die het voortouw neemt.
Verschoonbaarheid na faillissement
In België geldt al jaren de zogenaamde ‘verschoonbaarheid’ na een faillissement. Ondernemers wiens zaak financieel kopje onder ging, krijgen – mits er geen sprake was van fraude – na verloop van tijd een officiële schone lei. De rechtbank van Koophandel bevestigt met andere woorden dat het faillissement een accident de parcours was, geen fout of crimineel feit. Mooi in theorie, alleen duurt het in de praktijk vaak bijzonder lang voor die verschoonbaarheid wordt uitgesproken. Eén van de impliciete voorwaarden? Aflossing van schulden.
Net dat is het probleem, oordeelde de Europese Commissie. ‘Bedrijfsleiders die failliet zijn gegaan, hebben door hun ervaring juist meer kans op slagen dan voorheen’, redeneert Europa. Daarom moeten ze snel opnieuw kunnen opstarten. Die filosofie van de tweede kans zien we nu terug in Boek 20, het ambitieuze voorstel voor een nieuwe insolventiewetgeving van minister van Justitie Koen Geens (CD&V). Het wetsvoorstel vervangt de verschoonbaarheid door een snelle kwijtschelding van schulden, op termijn zelfs binnen de zes maanden.
Nieuwe kans
De nieuwe insolventiewetgeving maakt van het faillissement een oplossing in de plaats van een doemscenario. Draait uw zaak al jaren met verlies? Neemt de vraag af? Is de concurrentie onhoudbaar? Begin op tijd met de voorbereiding van een faillissement. Wees eerlijk tegen leveranciers. En denk vooral aan de toekomst. Kan uw zaak met een nieuw businessmodel doorstarten? Wie tijdig actie onderneemt, hoeft zich geen zorg te maken over schuldenlasten of fraudestempels. Meer zelfs: u krijgt een nieuwe kans. Grijp ze.
Ook de maatschappij heeft belang bij deze wetgeving van de tweede kans. Leveranciers krijgen dan wel hun schuld niet terugbetaald, maar in de meeste gevallen is er sowieso geen kapitaal meer om de schulden te vereffenen. Daarbij stimuleren we op deze manier ondernemers om hun ervaring te vertalen naar een beter beheer en businessmodel. En, last but not least, deze legale uitweg geeft ondernemers met financiële problemen de nodige motivatie om hun zaak tijdig, transparant en correct af te sluiten.
Bron: Graydon blog