Op 20 mei 2019 werden twee Europese richtlijnen goedgekeurd die een aantal belangrijke wijzigingen aanbrengen in de EU-wetgeving over de consumentenkoop. Er wordt o.a. gesleuteld aan de wettelijke garantie en een specifiek regime ingevoerd voor de verkoop van digitale producten (ook wel ‘digitale inhoud’ genoemd), zoals software, muziek, e-boeken enz., en digitale diensten, zoals cloudopslag of de toegang tot sociale media.
De hervorming van de consumentenkoopwetgeving is tweeledig:
- De richtlijn (EU) 2019/770 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de levering van digitale inhoud en digitale diensten -> Lees meer ;
- De richtlijn (EU) 2019/771 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de verkoop van goederen, tot wijziging van Verordening (EU) 2017/2394 en Richtlijn 2009/22/EG, en tot intrekking van Richtlijn 1999/44/EG -> Lees meer.
Inwerkingtreding
De EU-lidstaten dienen beide richtlijnen om te zetten naar nationaal recht tegen 1 juli 2021. De regels zullen door ondernemingen moeten worden toegepast vanaf 1 januari 2022. De teksten van beide richtlijnen kunnen hier geraadpleegd worden.
VBO – Toen de Europese Commissie de voorstellen van richtlijn over de verkoop van goederen en van digitale inhoud lanceerde, was het de ambitie om maximaal te harmoniseren. In de richtlijnen die uiteindelijk goedgekeurd werden, werd er echter op een aantal cruciale punten toch voor minimumharmonisatie gekozen. Dat is een gemiste kans om een gelijk speelveld te creëren op het grondgebied van de Europese Unie voor wat de B2C-verkoop betreft. Lidstaten zullen bijvoorbeeld verschillende wettelijke garantietermijnen kunnen hanteren, wat een belemmering inhoudt voor grensoverschrijdend verkopen.
Bron: VBO