De door de Europese Unie aangemoedigde niet-financiële rapportage zal voor ondernemingen in België onvermijdelijk worden. Het aantal ondernemingen dat daartoe verplicht is zal namelijk toenemen van ongeveer 200 in 2022 tot 2800 in 2026. Dat is een aanzienlijke stijging, en dat in slechts drie jaar tijd. Die maatregel sluit aan bij de algemene strategie voor een duurzame transitie van de Europese Unie, bij de Europese Green Deal en bij de wens om de verbintenissen die met het akkoord van Parijs zijn aangegaan te respecteren.
De noodzaak van een duurzaamheidsverslag in de bedrijfswereld
De niet-financiële rapportage door ondernemingen over prestaties op het vlak van milieu, maatschappij en bestuur (ESG) is afhankelijk van drie Europese instrumenten: de richtlijn betreffende duurzaamheidsrapportage door ondernemingen (CSRD), de Europese taxonomie en de toekomstige richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven (CSDDD). Het doel is om ondernemingen te verplichten een overzicht te hebben van hun activiteit op basis van verschillende aspecten van duurzame ontwikkeling. Momenteel is niet-financiële rapportage enkel verplicht voor organisaties van openbaar belang met meer dan 500 werknemers, maar in de toekomst zal een groeiend aantal ondernemingen aan de richtlijn worden onderworpen.
Een kans voor alle ondernemingen
Hoewel de verplichting van niet-financiële rapportage momenteel slechts voor een beperkt aantal ondernemingen geldt, moedigt het VBO alle ondernemingen in België aan om die rapportage in hun strategie te integreren en zo op lange termijn de mogelijkheden ervan te kunnen benutten. Want ook ondernemingen die niet verplicht zijn zullen de impact van de maatregel ondervinden. Ze zullen zich namelijk moeten aanpassen om bijvoorbeeld te kunnen blijven profiteren van financiële bijdragen van banken, aangezien die laatste verplicht zijn om te rapporteren over de activiteiten die ze financieren.
Ondernemingen zijn essentiële actoren in de ecologische en sociale transitie. Dankzij rapportage kan bewuste en onbewuste greenwashing bovendien vermeden worden. Daarnaast kan het duurzaamheidsverslag ondernemingen helpen om een beter zicht te krijgen op hun impact op de buitenwereld en om eventuele toekomstige mogelijkheden en risico’s voor hun activiteiten in te schatten.
Door transparant te zijn over alle segmenten van hun activiteiten kunnen ondernemingen bovendien bouwen aan hun reputatie, wat dan weer een positieve impact heeft op de verkoop en waardoor er ten slotte een positieve spiraal ontstaat. Die duurzaamheid is ook belangrijk om te voldoen aan de eisen van werknemers, die steeds meer op zoek gaan naar zingeving en op hun manier willen bijdragen aan een duurzamere wereld.
Of het nu verplicht is of niet, rapportage kan ondernemingen die er nu al mee beginnen een enorm voordeel opleveren. Op lange termijn ligt er dus een enorme kans voor het grijpen.
Het VBO wil ondernemingen ondersteunen bij hun inspanningen om te vergroenen
“Het VBO moedigt alle ondernemingen in België aan om te starten met het rapporteren van niet-financiële informatie omdat dat hun concurrentievermogen op Europees niveau op lange termijn ten goede zal komen. In dat kader organiseren we in 2023 een reeks seminars over dat onderwerp. We starten met een kick-offevent op 31 januari 2023. De bedoeling is om ondernemingen in België op de hoogte te brengen van de nieuwigheden en de te nemen stappen om te voldoen aan de Europese eisen omtrent duurzaamheidsrapportage”, verduidelijken Vanessa Biebel, Chief Operating Officer en Executive Manager van het competentiecentrum Sustainability & Circulaire economie en Arie Van Hoe, Executive Manager van het competentiecentrum Recht & Onderneming.
Bron: VBO