Dat e-commerce wereldwijd enorm floreert, lijdt geen twijfel. Een studie van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) brengt die stijging in kaart en toont ook aan hoe België structureel deze sneltrein mist. Hoewel de Belgische consument gretig gebruik maakt van de nieuwe e-commerce-mogelijkheden, groeit de e-commerce-sector in België beduidend trager dan in onze buurlanden. Het zijn dus vooral de sterk groeiende e-commerce-bedrijven in onze buurlanden die de Belgische consument bedienen. Het VBO berekende dat door de achterstand die België heeft opgelopen in de e-commercesector, het tussen 2012 en 2019 tot 0,3 procentpunt bbp-groei per jaar heeft laten liggen, wat overeenkomt met ongeveer 1 miljard euro en een 6000-tal gemiste jobs per jaar.
Sinds 2008 is het verhandelde volume in de verkoop op afstand over heel Europa met maar liefst 220% gestegen, daar waar de volledige detailhandel slechts met 15,6% steeg. Het verhandelde volume met als bestemming België, wat dus een indicatie is voor de vraag via verkoop op afstand, steeg met maar liefst 293% in dezelfde periode. Dat wijst op een sterk groeiende markt voor onlineverkoop in België.
Aan de aanbodzijde zien we een ander verhaal. Daar steeg het verhandelde volume door Belgische ondernemingen actief in verkoop op afstand tussen 2009-2019 met slechts 95%, een heel stuk minder dan onze buurlanden Duitsland (+269%) en Nederland (+253%). Niet alleen is de groei qua aanbod in België lager dan bij onze buurlanden, het aandeel verkoop op afstand in de totale detailhandel is in België het laagst: minder dan 3% t.o.v. 10% in Nederland en 12% in Duitsland.
Macro-economisch loopt België dus heel wat groeipotentieel mis. Als we kijken naar de toegevoegde waarde in de e-commerce-sector, m.a.w. wat er overblijft als men de intermediaire kosten aftrekt van de omzet, zien we dat België ook daar een aanzienlijke achterstand heeft opgebouwd. Waar Nederland (+278%) en Duitsland (+172%) op tien jaar zeer sterke toenames lieten optekenen, ziet België slechts een toename van 59%.
Het VBO berekende dat ons land in de periode 2012-2019 door de gemiste kansen in de e-commercesector tot 0,3 procentpunt bbp-groei per jaar heeft laten liggen, wat overeenkomt met ongeveer 1 miljard euro en een 6000-tal jobs per jaar.
Aan de hand van een tiental interviews met bedrijven in verschillende sectoren, heeft het VBO ook de ontwikkelingen en uitdagingen voor de productiebedrijven onder de loep genomen. Daaruit blijkt dat voor heel wat Belgische bedrijven het schoentje wringt bij de meer standaardiseerbare producten, waar prijs en leveringssnelheid cruciaal zijn.
Volgens het VBO geven Belgische bedrijven aan dat als ze hun activiteiten optimaal willen organiseren en adequaat hun e-commercestrategie willen uitvoeren, ze over meer flexibiliteit moeten kunnen beschikken. In vergelijking met onze buurlanden kennen onze bedrijven immers een aanzienlijk concurrentieel nadeel: de invulling van nachtwerk. Nachtwerk, de daarbij horende procedures en toeslagen, begint in België reeds om 20 uur, terwijl het in Nederland (middernacht) en Duitsland later begint (23 uur). In het schaarse aantal handelsbedrijven waarin er toch akkoorden over avondwerk konden worden gesloten, dienden doorgaans zeer hoge toeslagen te worden betaald.
Om de Belgische handels- en productiebedrijven niet nog meer marktaandeel aan buitenlandse concurrenten te laten verliezen, heeft het VBO enkele concrete oplossingen:
- Pas de definitie van nachtarbeid aan in de wetgeving. Hanteer de periode van 00.00 u. tot 05.00 u. voor nachtwerk i.p.v. 20.00 u. tot 06.00 u. zoals nu bepaald is.
- Daarnaast moeten verdere inspanningen gedaan worden om de grote loonkostenhandicap ten opzichte van het buitenland, van zowel e-commerce als de hele economie, te doen afnemen.
“België heeft in de laatste tien jaar een grote achterstand opgebouwd op het vlak van e-commerce en zo heel wat jobs en inkomsten gemist. Als we de Belgische economie een boost willen geven en de innovatie- en digitaliseringsinspanningen van onze bedrijven willen belonen, dan is het nu zaak om veranderingen door te voeren en verouderde arbeidsregels te versoepelen in het belang van zowel bedrijven, werknemers als consumenten.”, aldus Pieter Timmermans, CEO van het VBO.
Bron: VBO